Het Carrouselpaleis

Het Carrouselpaleis is een gebouw in Marerijk, met achter een gevel in de stijl van negentiende eeuwse kermisromantiek een multifunctionele invulling. In het gebouw zijn vier attracties gehuisvest die echter niet alle nog toegankelijk zijn. Dit zijn:

Ansicht van het Carrouselpaleis

Verder herbergt het gebouw ook een toiletgroep, het personeelsrestaurant en een kleedruimte. Het plein aan de voorzijde van het complex wordt het Carrouselplein genoemd.

Omschrijving

Hal tussen de Stoomcarrousel en de Dioramahal: een afdankpaard van een Paardenmolen

Het complex is opgedeeld in vier ruimtes. In het centrum is de Stoomcarrousel te vinden. Het is een negentiende eeuwse saloncarrousel, inclusief een bar, wandschilderingen, veel overdadige barokstijl, lampjes en diverse houten stoelen en tafels. Om de carrousel heen ligt een hoefijzervormige hal, waar aan de drie buitenzijden de overige ruimtes gelegen zijn - links de Waterorgelzaal, achterin het Diorama en rechts het Carrouseltheater.

Van voren bezien bestaat het Carrouselpaleis uit een brede gevel met in het midden de ingang tot de Stoomcarrousel zelf, en links en rechts twee zijvleugels die iets verder naar voren uitsteken voor de Waterorgelzaal en het Carrouseltheater. Deze zijvleugels hebben elk een nog weer wat verder naar voren komende halfronde overkapping voor hun entreedeur, de zogeheten zijhoven. Tussen deze overkapping en de hoofdgevel bevindt zich aan beide kanten een secundaire ingang van het complex die bezoekers vooral naar achteren voert.

De voor het publiek zichtbare zijgevel aan de rechterkant is heel anders vormgegeven, als een soort kasteelmuur, met daarin een zijingang die direct toegang geeft tot het Diorama, zoals te lezen is in gouden belettering hierboven.

De achtergevel is voor het publiek niet zichtbaar en ligt in de bosschages tussen het pad om Polles Keuken en het complex. Hierin bevinden zich nog de voormalige, nu dichtgemaakte ramen uit de tijd dat de achterhal nog een rolschaatsbaan was. De zijgevel in het oosten is niet direct voor het publiek toegankelijk maar kun je wel zien vanuit de stoomtrein. Hier bevindt zich het Efteling Personeelsrestaurant.

Geschiedenis

Renovatie Stoomcarrousel

De Stoomcarrousel begin jaren zestig.

Aanvankelijk bestaat het gebouw enkel uit de Stoomcarrousel, geopend op 11 mei 1956, waarna het in de loop der jaren wordt aangevuld tot een complex dat meerdere attracties herbergt.

De attractie werd in eerste instantie geplaatst zoals Janvier er mee rondreisde, maar al snel werden de carrousel, inrichting en het exterieur onderhanden genomen door de Efteling-medewerkers. Voor verdere geschiedenis van de gevel zie Stoomcarrousel.

De carrousel heeft op dat moment enkel een zaal aan de linkerzijde met een buffetgedeelte en een bar die zich daar nog altijd bevindt. De zaal aan de rechterkant was er destijds nog niet, maar de omloop om de molen was er al wel vanaf het begin, evenals het hokje van de kassa. Achter de bar bevond zich een magazijntje en er was een tweede magazijn aan de rechterzijde van de kassa.

Toevoeging schuilloods annex rolschaatsbaan

Op 5 oktober 1956[1] wordt er een bouwvergunning verleend voor het bouwen van een houten loods achter de carrousel, die door Gemeentewerken van Loon op Zand wordt aangelegd. De houten loods, kosten rond de ƒ 33.000,-[2], wordt dan gebruikt als schuilloods annex rolschaatsbaan. De schuilloods had geen muren en leek nog het meest op een soort festivaltent, bestaande uit een stellage met een groot dak.[3] Negen jaar later, in 1966, wordt er tijdelijk het Waterorgel geplaatst. De spanten (de balken van de dakconstructie) zijn nog altijd te zien in de Dioramahal, die daar nu gevestigd is.

Verbouwing tot Carrouselpaleis

De omloop wordt gebouwd (1970)
Het Paleis begin jaren zeventig
Panelen van Van de Ven op de zijbeuken

Begin 1969[1] komen er grote plannen voor verbouwing van het complex. In een eerste fase wordt de tweede zitruimte rechts van de carrousel toegevoegd (vanaf de ingang gezien), die via de ook nieuwe omloop langs de achterzijde met het bestaande bargedeelte verbonden wordt. Het magazijn verdwijnt daarmee. In juli 1970[2] worden de eerste schetsen gemaakt voor een verbouwing en de toevoeging van de Waterorgelzaal en het Victoriaans Theater, beide worden ontworpen door Anton Pieck. De tot dat moment losstaande attracties worden zo samengevoegd tot één complex. Het veranderen van de façade, bouwen van de twee hallen en het integreren van de Dioramahal kost ƒ 154.300,-.[2] Op 23 september 1970 wordt goedkeuring door de gemeente gegeven.[1]

Het plein begin jaren zeventig

Ten eerste wordt het Waterorgel naar de linkerruimte verplaatst, zodat in 1971 het Diorama in de nieuwe loods kan worden geopend. In 1972 wordt het Victoriaans Theater aan de rechterzijde geopend. De zijgevels werden in dezelfde stijl als de oorspronkelijke façade nieuw gemaakt, en Pieck ontwierp ook enkele panelen met eigen schilderijen, zoals boven de ingangen naar het Diorama. De jeugdige ontwerper Ton van de Ven tekende voor elk van de twee gevels zes panelen met water- respectievelijk engelenmotieven.

Gang tussen de Stoomcarrousel en het theater.

Er werden links en rechts van de hoofdingang vrouwfiguren met bloemkransen toegevoegd. De grote zijn Egyptische prinsessen en zijn oorspronkelijk afkomstig van Gouke Sipkema's saloncarrousel. Meer naar de zijkant staan kleinere figuren die vleugelloze engelen voorstellen. Deze zijn afkomstig van de saloncarrousel van Louis Vincken.[4] Tegenwoordig zijn de prinsessen replica's; één van de originele houten beelden staat, ontdaan van de polychromie, in het Efteling Museum.

Hoewel Pieck erin geslaagd is de oorspronkelijke stijl van de bioscoopfaçade te imiteren, is toch duidelijk te zien dat de twee zijbeuken er pas later aan toegevoegd zijn, met name aan de typische puntige ornamenten op de hoeken en de krullige versieringen van de bovenkanten.

Latere toevoegingen en veranderingen

De kasteelmuur aan de westzijde.
Winterdecoraties in de gangen van het paleis in 2003

In 1984 komt er een Kledingmagazijn aan de rechterzijde en wordt er een historische kasteelmuur opgetrokken met een zij-ingang voor het Diorama (die nu wordt gezien als de hoofdentree tot deze attractie). Boven de twee nooduitgangen van het Victoriaans Theater wordt het jaartal 1684 aangebracht, een subtiele historificering van het realisatiejaar. Tevens klinkt vanaf dit jaar de speeldoosmuziek door de Dioramahal. In 1997 wordt aan de linkerachterzijde van het Carrouselpaleis een nieuw personeelsrestaurant geopend en wordt het Victoriaans Theater hernoemd naar Carrouseltheater. Het herbergt de kleedkamers van het straattheater en werd tijdens de eerste twee edities van de Winter Efteling voor het laatst nog gebruikt voor de parkbezoekers, respectievelijk als de levende poppenkastvoorstelling "Op Glad IJs" en als restaurant.

In 2005 worden het grasveld en de geasfalteerde paden voor het gebouw door Michel den Dulk omgevormd tot een betegeld plein met lage hagen, bankjes en de Pelikaanfontein. Vanaf dan klinkt er ook een speciaal arrangement van de nieuwe parkmuziek van Maarten Hartveldt over het plein. Sinds eind 2010 is het Waterorgel afgesloten voor bezoekers en wordt de zaal gebruikt voor de studio-opnamen van het tv-programma De Schatkamer. De ruimte werd voorheen ook vaak gebruikt voor evenementen, waaronder van Märklin en Lego. Ook de Dioramahal wordt vaak ingezet als tentoonstellingsruimte. Het gehele complex was het centrale punt bij de Marerijkfeesten die tussen 2003 en 2008 georganiseerd werden.

De gevel kreeg een grote renovatie die startte in februari 2023, die doorliep tot maar liefst februari 2024. Alle panelen werden verwijderd. Om het complex nog iets van aanzien te geven werd er voor het middendeel een groot fotodoek van de gevel aangebracht, geleverd door Exposure Company. De restauratie werd gemanaged door Create! bv. Naast het opknappen van de gevel werd ook de dakbedekking en de looprail van de carrousel zelf vervangen.

De naam

De naam boven de ingang.

De naam op de voorgevel is een aantal maal veranderd. Voordat de carrousel aan de Efteling verkocht werd, stond er Stoomcaroussel (met één r en dubbel s). Na de verkoop werd naar de carrousel verwezen als L. Janviers Carrousel, maar die naam werd al snel veranderd naar De Efteling Stoomcarrousel. Tegenwoordig is het Carrouselpaleis, de naam die begin jaren zeventig werd geplaatst nadat andere attracties in het gebouw hun plekje vonden, hoewel er ook Carrousel Paleis kan worden gelezen, zoals de naam de laatste jaren vaak door de Efteling wordt gespeld. In publicaties en op oude plattegronden wordt het gebouw ook wel het Carrouselcomplex genoemd.


  1. 1,0 1,1 1,2 Regionaal Archief Tilburg
  2. 2,0 2,1 2,2 De Vijf Zintuigen: Carrouselpaleis in GEO
  3. Bob Venmans: Het Sprookje van de Efteling (1962), pag. 76
  4. Geoff Weedon & Richard Ward: Fairground Art. London: New Cavendish Books (1981), pp. 136, 141.