Boodschap 73x73.png

Dit lemma gaat over het natuurgebied Loonsche Land. Voor het hotel en vakantiepark, zie Efteling Loonsche Land.

Heidelandschap met drinkpoel

Het Loonsche Land is een voor een ieder vrij toegankelijk uitgestrekt natuurgebied, gedeeltelijk in de Wereld van de Efteling, gelegen ten zuiden ten opzichte van het attractiepark. Het is 50 hectare groot, ligt naast en is geïntegreerd met het vakantiepark Efteling Loonsche Land. Het werd door de Efteling ontwikkeld, maar eind 2020 grotendeels overgedragen aan Natuurmonumenten.

Oude beukenplantage

Het is een divers gebied waar verschillende landschappen zich afwisselen en veel van de landschapshistorie zichtbaar gemaakt is. Het vormt een belangrijke schakel in de ecologische hoofdstructuur tussen nationaal park Loonse en Drunense Duinen en natuurgebied Huis ter Heide.

Geschiedenis van het gebied

Hakhout-stammetjes voor de industrie

Het gebied is gelegen aan de Eftelingsestraat, die zijn naam weer ontleent aan het buurtschap Efteling waarnaar ook het huidige park is vernoemd. In het midden van de negentiende eeuw vond men hier een tiental boerderijen. Kleinschalige landbouw werd afgewisseld met heidevelden. Door de bemesting ontstonden bolle akkers. Houtwallen van eiken werden aangeplant voor beschutting. In de tweede helft van de negentiende eeuw schakelden de boeren over naar het kweken van eikenhakhout, om de schors te verkopen aan de leerlooiersindustrie. De landbouwcrisis aan het eind van de negentiende eeuw leidde er echter toe dat het gehucht geheel verlaten werd.

Beukenlaan van Mombers
Familie mombers op hun landgoed

Het oostelijk deel van het Loonsche Land werd gekocht door Frans Mombers (1881-1960), een telg van een rijke leerlooiersfamilie uit Waalwijk die het familiekapitaal in gronden belegde. Zijn ideaal was om de versnipperde natuurgebieden aaneen te sluiten om er zo een groot natuurgebied van te maken. Grote delen van de Loonse en Drunense Duinen schonk hij later aan Natuurmonumenten. Op zijn stuk van het Loonsche Land hield hij zich bezig met bosbeheer, en naar verluidt gebruikte hij het gebied voor experimenten met verschillende boomsoorten. Ook legde hij in dit Mombersbos statige beukenlanen aan om het gebied aantrekkelijk te maken voor welgestelde jagers.

De grond verkocht hij in 1955 op initiatief van burgemeester Van der Heijden aan de gemeente die het aan de Efteling in beheer geeft en op 14 oktober 1959 overdraagt aan de Efteling; op 28 december 1962 volgen de laatste stukjes grond.

Het gebied werd overgenomen door naaldbomen

In de twintigste eeuw werden dennenbomen aangeplant om als productiebos te dienen voor de mijnbouw, en het verdwijnen van schaapskuddes gaf dit bos de ruimte om het landschap over te nemen. Zo ontstond het overwegend bossige naaldbomenlandschap van nu, waarin de sporen van de eeuw ervoor nog maar met moeite terug te vinden zijn. Het Loonsche Land-project beoogt hier verandering in aan te brengen.

Ontwikkeling van het Loonsche Land

Protesten in het natuurgebied tegen de komst van Droomrijk

Voorgeschiedenis

→
Zie voor uitgebreide voorgeschiedenis: Droomrijk

Al vanaf de jaren 80, na de sluiting van haar eerste bungalowpark Het Kraanven, werkt de Efteling aan het realiseren van overnachtingsmogelijkheden rond het attractiepark. Afgezien van het Efteling Hotel, in 1992, wilde dit project niet van de grond komen: het grote vakantiehuisjesproject Droomrijk kende steeds weer vertragingen en obstakels opgeworpen door onder andere de milieubeweging. Het activitische GroenFront! bezette zelfs het natuurgebied gedurende enkele maanden. Uiteindelijk werd het plan afgeblazen. Met de Brabantse Milieufederatie en Natuurmonumenten werden vervolgens de handen ineengeslagen en een convenant getekend. Hierdoor wordt verblijfsaccommodatie toch mogelijk, maar in samenhang met voldoende natuurcompensatie.

Plankaart 2006

Op 1 november 2005 noemde directeur Ronald van der Zijl op het Regionaal Ondernemerscongres opeens een nieuwe naam: het Loonsche Land. Details over het Loonsche Land zoals die in 2006 naar buiten kwamen, toonden een veel bescheidener project dan Droomrijk: 2100 in plaats van 3600 bedden zouden er moeten komen, op een kleiner oppervlak.

Het land zou gebaseerd zijn op een Brabants dorp uit het midden van de negentiende eeuw, met typerende boerderijen en een actieve schaapskudde. Hierdoor was het gebied ook als natuurcompensatie te beschouwen en werd het dus veel minder een belasting op de omgeving. Historische landschapselementen als vlechtheggen, houtwallen en zelfs een grafheuvel waren voorzien. Het gebied zou ook toegankelijk moeten zijn voor recreanten die er niet verblijven. Een en ander was gepland op een stuk landbouwgrond en productiebos aan de zuidzijde van de Eftelingsestraat, tussen het huidige Bosrijk en Villa Pardoes.

Jarenlang is er niets meer van vernomen. In de tussentijd heeft de Efteling in 2009 Bosrijk geopend, een iets westelijker gelegen bungalowpark dat veel meer op de oorspronkelijke Droomrijkplannen lijkt.

Wedergeboorte als natuurproject

Schetsmatige plattegrond van het ontwikkelplan in 2010

In 2010 werd bekend dat Bosrijk inderdaad als de opvolger van Droomrijk en niet als de vervanger van het Loonsche Land gezien moet worden, en dat het Loonsche Land als separaat project van start gaat. In voorbereiding op Droomrijk had RAAP archeologie een onderzoek gedaan naar het plangebied, waaruit bleek dat in het oostelijk deel in het verleden verschillende boerderijen met akkers hadden gelegen, afgewisseld met heidevelden, en dat sporen hiervan nog zichtbaar waren. Dit was de basis om aan onderzoeksbureau Alterra de opdracht te geven een plan te ontwikkelen om het gebied terug te brengen in de staat van 1850 en zo deze historie weer zichtbaar te maken (zie plattegrond hiernaast).

Alterra tekende aan de noordrand een dertigtal boerderijen in, min of meer op de plek van het voormalige buurtschap Efteling, bedoeld als verblijfsaccommodatie; ongeveer half zoveel capaciteit als men ooit gedacht had met Droomrijk te realiseren.

Bobo's lozen hun zaad als symbolische start van het Loonsche Land-project

Het formele startschot werd gegeven op 15 juni 2011. De werkzaamheden zouden over vijf jaar worden uitgespreid om de natuur niet teveel te verstoren. Daarbij werd wel aanvankelijk alleen het historische natuurgebied hersteld, en werd de verblijfsaccommodatie initieel nog niet gerealiseerd. Na kleinschalig bosonderhoud in het voorjaar van 2011, werden in het najaar de eerste grote stappen gezet om de heidevelden in het gebied terug te brengen en drinkpoelen uit te diepen. In 2012 is gestart met het uitdunnen van bospercelen, zodat er meer zonlicht wordt doorgelaten en de flora en fauna zich beter kunnen ontwikkelen. Tijdens het 60 jarig jubileum van de Efteling in dat jaar is er veel aandacht voor het project, dat wordt gekopeld aan Stichting Natuurpark de Efteling en wordt gepromoot als dé bijdrage van de Efteling aan verduurzaming.

Een groot gebied wordt kaal gemaakt om heide een kans te geven

Het ontwerp is gemaakt onder verantwoordelijkheid van Ivo Südmeier, land­schaps­archi­tect en beleids­manager Natuur en Landschap bij de Efteling; de uitvoering is in handen van Edwin Tooren, werkend als zelfstandige vanuit zijn bedrijf Trifolia. Zij baseerden zich met name op kaarten van rond 1800.

In maart 2012 en 2013 vindt de Nationale Boomfeestdag in de gemeente Loon op Zand plaats in het Loonsche Land, waarbij schoolkinderen diverse werkzaamheden verrichten. In het voorjaar van 2015 werden de laatste herstelwerkzaamheden uitgevoerd. Sindsdien beheert de Efteling het gebied op ecologische wijze.

Het ecoduct in aanbouw, 2015

Om de schakel met de Loonse en Drunense Duinen compleet te maken is door de provincie Noord-Brabant in een ecoduct over de Midden-Brabantweg voorzien, dat in 2015 geopend werd onder de naam 'De Westloonse Wissel'.

Het plan voor verblijfsaccommodatie dat al was ingetekend als losse boerderijen in 2010, wordt uiteindelijk doorontwikkeld en in een compleet andere vorm gerealiseerd als vakantiepark Loonsche Land. Dit ligt aan de noordrand van het gebied, vlak tegen het attractiepark aan.

Het natuurgebied heden

Het gebied wordt opgedeeld in drie delen. In het westen vind je het landschap van tot 1800: akkers en heidevelden omzoomd met houtwallen en smalle bospaden. De heidevelden worden begraasd door een schaapskudde. Het hart van het gebied representeert de periode rond 1900: de leerlooierstijd, met veel eikenhakhout: het kenmerkende beeld van op een meter hoogte afgezaagde eikenstammen waaruit de stam jonge takken groeien die vervolgens geoogst kunnen worden; vergelijkbaar met een knotwilg.

Na uitdunning komen zonnestralen, en daarmee varens, terug op de bodem

In het oosten achter Villa Pardoes wordt het Goed van Mombers, periode 1900-1950, weer teruggebracht. Hier zien we naast het dennenbos dat in die tijd werd aangeplant voor de mijnbouw, ook Mombers' statige beukenlanen weer terug. Door uitdunning van met name de dennenbomen komt hier de bosgrond ook weer tot leven met een variëteit aan varens en andere lage planten.

De solitaire beuk

Een bijzonder punt is de 130 jaar oude solitaire beuk, die ook wel de 'Kathedraal van het Loonsche Land' genoemd wordt. Deze boom staat weer vrij in het landschap, in een bloemenveld, zodat zijn grandeur goed te zien is. Om de grond niet teveel aangestampt te laten worden is er een houtwal omheen gelegd, die bezoekers min of meer dwingt een vast pad onder de boom door te volgen. Er is nog een tiental bomen aangewezen die weer helemaal vrijgezet worden in hun omgeving, zodat ze volledig kunnen uitgroeien tot hun natuurlijke vorm.

De Efteling heeft als onderdeel van de natuurontwikkeling niet alle gronden in het gebied kunnen verwerven. Hier en daar zijn dan ook nog maisakkers te zien; het doel is om deze akkers wel te verwerven en hier meer soorteigen gewassen op te verbouwen, zoals graan.

De 'Efteling-uitstraling' komt in het gebied nauwelijks voor. Hier vinden we geen pratende bomen en scheefgezakte snoephuisjes.

Heideveld centraal in het gebied

Natuurcompensatie is het hoofddoel, omdat dit randvoorwaardelijk was voor de instemming van de natuurorganisaties met het realiseren van de verblijfsaccommodatie. Niettemin promoot de Efteling het gebied natuurlijk ook als natuurrecreatiemogelijkheid voor gasten van de accommodaties van de Efteling. Met name in het gelijknamige vakantiepark is het sterk geïntegreerd en lopen wandelpaden direct van het terrein het natuurgebied in. Wekelijks geven IVN-Natuurgidsen rondleidingen van anderhalf uur door het natuurgebied voor gasten van het vakantiepark. Voor kinderen tussen 4 en 12 jaar zijn 'scharrelboxen' te verkrijgen met opdrachten en materialen om de kinderen aan de hand van verschillende thema's de natuur te laten ontdekken. Ook loopt de wandelroute Het Keienspoor door het gebied.

In november 2020 heeft Stichting Natuurpark de Efteling een groot deel van het gebied om niet overgedragen aan de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland. 28 hectare werd gevoegd bij het 1000 hectare tellende gebied Huis ter Heide. Een bufferzone rond het vakantiepark bleef in bezit van de Efteling. Er veranderde in het gebied niet veel, op de zorgvuldige plaatsing van bordjes die de nieuwe gebiedsgrens aangeven na. Wel werden op de heide twee paden afgesloten om meer rust te creëren voor vogels zoals de nachtzwaluw, veldleeuwerik en boompieper.

Verwijzingen