De toverketel tijdens het Midsummer Festival

De Ketel van de Heks is een sprookje over een heks die een liefdesdrankje brouwt en daarbij verliefd wordt op een prins. Het werd in opdracht van de Efteling geschreven door Ad Grooten. In 2011 werd het opgenomen in een pocketboekje in de doos met Efteling Juweeltjes en ook in het boek Meer Sprookjes van de Efteling. Het verhaal is niet los uitgebeeld in het park, maar is wel gebaseerd op twee zaken die in het park terug te vinden zijn: de rode heks op de Heksenpoort en de grimmige grote ketel die bij gelegenheden in het park staat, onder andere tijdens het Sprookjesmysterie en de 'silent disco' van het Efteling Midsummer Festival.

Oorsprong

Het sprookje vindt zijn oorsprong in het Sprookjesmysterie, een grote marketingcampagne in het voorjaar van 2009. Daarbij stonden de ketel en de heks uit het verhaal centraal.

De ketel

Speciaal voor het Sprookjesmysterie werd een grote zwarte toverketel gemaakt. De ketel heeft vier poten en een hengsel, een kwaadaardig gezicht met snor, en enkele krullen en Efteling-E's in reliëf. In de ketel lijkt een groen goedje te borrelen, maar eigenlijk is het brouwsel een groene kunststof plaat waaronder rookeffecten zijn geplaatst waarbij een geluidseffect klinkt. Oorspronkelijk stond de ketel tijdens het Sprookjesmysterie opgesteld tussen de Wolf en de Zeven Geitjes en Hans en Grietje in het Sprookjesbos. Sindsdien duikt hij nog wel eens op in de Efteling, voornamelijk tijdens het Midsummer Festival. Op die dag wordt de ketel ter aankleding in het bos tussen het Spookslot en Symbolica aan het Heksenpad geplaatst, waar dan een silent disco wordt gehouden.

De heks

Het personage uit het sprookje als live-entertainment
De Heksenpoort in 1966

De heks is gemodelleerd naar de Poortheks, en was tijdens het Sprookjesmysterie een live-actrice die in een rood gewaad met puntmuts en staf door het Sprookjesbos liep. In alle marketing werd ze naar voren geschoven als hét gezicht van het event, waaronder ook in een serie YouTube-video's waarin getoond werd hoe de heks de sprookjesspullen stal.

Het sprookje

Het boekje van Efteling Juweeltjes (2011)

Het sprookje van "De ketel van de heks" is echter niet hetzelfde als het verhaal achter het Sprookjesmysterie. Het werd uitsluitend geschreven voor twee uitgaven in november 2011. Een korte versie op rijm werd in pocketformaat uitgebracht in de gelimiteerde box Efteling Juweeltjes. De uitgewerkte versie is te vinden in Meer Sprookjes van de Efteling. Samen met het sprookje voor Kleine Boodschap, dat tevens ook als Efteling Juweeltje werd uitgebracht, zijn het de enige oorspronkelijk voor dit boek geschreven verhalen. Als uitbeelding in het park wordt de Heksenpoort aangewezen. In het voorwoord van het boek lezen we "Zo kennen velen de rode heks bij de ingang van het sprookjesbos, maar wie kent haar verhaal? Je leest het in De ketel en de heks."

Samenvatting

Er was eens een heks met een pratende ketel die altijd mopperde omdat de heks hem zo slecht behandelde. Op een dag brouwde de heks een groen goedje in de ketel, wat een liefdesdrankje moest worden. De heks nam er een flinke teug van, maar merkte niets. Van boosheid schopte ze de ketel omver, waarna het groene spul haar huisje uit liep. Het huisje stond op een hoge heuvel waardoor de liefdesdrank naar beneden stroomde. Het liet een spoor van bloemen na en alle dieren die er mee overspoeld werden, werden op slag verliefd op een ander dier. De heks liep de heuvel af en zag wat de drank veroorzaakte, maar bleef maar mopperen dat zij nog steeds niets merkte.

Aan de voet van de heuvel zag ze een prins op een wit paard. Hij groette de heks beleefd, maar zij antwoordde niet terug. Ze werd echter wel helemaal verliefd op de prins. Daarbij veranderde haar kleding van zwart naar rood. De dagen daarna had de ketel een goed leven, omdat de heks door haar verliefdheid niet meer tegen hem snauwde. De heks staarde maar uit het raam, en verzuchtte dat de prins haar wel nooit zou zien staan. De ketel kwam toen op het idee om ook de prins het liefdesdrankje te laten drinken. Dat vond de heks een goed idee. Ze trok naar het kasteel om zo in de keuken te kunnen werken.

De heks brouwde in de keuken haar liefdesdrankje, onder het mom van "soep". De prins moest echter niets hebben van dat smerige spul op z'n bord en riep de kokkin die hier verantwoordelijk voor was bij zich. De heks kwam zo oog in oog te staan met de prins en werd nóg verliefder dan eerst. De prins kreeg een beetje medelijden met de stille vrouw en nam toch maar een klein hapje van de soep. Er leek echter niets te gebeuren, en de prins merkte op hoe vies hij de soep vond. Hij nam zich voor om voor de kokkin een ander baantje in het kasteel te zoeken. Samen liepen ze naar de binnenplaats waar een ganzenhoedster bezig was. De prins werd op slag verliefd op haar, en de heks veranderde ondertussen weer terug in haar eigen snauwende zelf, inclusief zwarte kleding. De heks keerde terug naar haar toverketel, maar de prins leefde nog lang en gelukkig met de ganzenhoedster, die een echte prinses werd.

Zie ook