Een tourniquet is een twee-, drie- of vierarmig draaihek dat wordt geplaatst voor toegangscontrole, geleiding van bezoekers of het tellen van het aantal gasten dat een attractie betreedt.
Tourniquets worden gebruikt bij veel openbare gebouwen, bedrijven, zwembaden en fitnesscentra, maar ook veel bij de entrees van attractie- en dierenparken en bij enkele afzonderlijke attracties. Door een tandrad in het hek, waarvan de schuine tanden allemaal naar één kant wijzen, kunnen de armen slechts in één richting draaien. De terugweg wordt afgesloten doordat de pal tegen de steile kant van een tand valt en zo het draaien van het wiel onmogelijk maakt. Deze techniek is dus vergelijkbaar met het anti-rollback-mechanisme bij achtbanen.
In de Efteling komen we de draaipoortjes, uitsluitend in driearmige uitvoering, tegen bij de ingangen van Villa Volta, Fabula, de Python en de Pagode (en in de begindagen bij Symbolica), en de uitgangen van de Monorail in het Lavenlaar, de Halve Maen, de Piraña en de Gondoletta. In de eerste vier gevallen, de ingangen, gaat het om het tellen van het aantal bezoekers, zodat de maximum capaciteit van de attracties niet overschreden wordt. Bij de uitgangen wordt het tourniquet ingezet om personen tegen te houden die via die route de attractie willen betreden.
Voorheen waren ze ook te vinden bij de uitgangen van Pegasus en de Bob.