De Ronde Zaal

De Ronde Zaal, ook wel Achtkantige Toren, Koepelzaal, Omlooptoren of Vlederikenzaal, was een ruimte in de wachtrij van het voormalige Spookslot.

De zaal vormde een 180° bocht halverwege de wachtrij, tussen de gang met de Spinnenvreter enerzijds en de hal met zicht op de Oosterse Geest anderzijds. Er speelde zich een heel programma af waarin de wachtende bezoekers getrakteerd werden op diverse griezelige elementen.

Enkele onderdelen van het exterieur en het interieur van de zaal zijn bewaard gebleven bij de sloop van het Spookslot in 2022.

Exterieur

De zaal gezien vanaf het Heksenpad

De term Ronde Zaal was gemeengoed in de fangemeenschap, maar feitelijk was de ruimte achthoekig, vandaar dat deze intern werd aangeduid als Achtkantige Toren. Vaak werd verondersteld dat deze zaal zich bevond in de hoge toren links aan de voorgevel van het slot, maar in werkelijkheid stond deze een stukje verder naar achter in het gebouw. Voorheen vanaf het Heksenpad, en nu vanuit het laatste stuk van de wachtrij van Danse Macabre, is deze octagonale uitbouw goed te zien.

Interieur

Portaal naar de Ronde Zaal

Men betrad de zaal via een boogdoorgang vanuit het eerdere stuk van de wachtrij. Het plafond was vergeleken met de voorgaande ruimtes erg hoog en bestond niet uit houten balken maar (ogenschijnlijk) pleisterwerk. Het plafond was opgedeeld in acht gelijke vlakken waarbij in ieder van de drie hoeken een gestileerde bokkenkop was geschilderd. De onderkant van de acht muren bestond uit ruwe steen, maar het deel erboven was glad, licht stucwerk, uitlopend in een boog.

De vloer van de zaal overbrugde een aardig hoogteverschil, en was daarom op een radiaal gesplitst middels een ijzeren balustrade, die uitkwam op een wat utilitair vormgegeven baluster in het midden. Uit de baluster scheen uit enkele gaatjes flauw licht, ter ondersteuning bij de oriëntatie. Via een vergelijkbare boogdoorgang was de zaal te verlaten om de wachtreis te vervolgen.

Kroonluchter

Tekening van een harige arm door Anton Pieck

Het meest in het oog springende element van de Ronde Zaal was de grote kringkroonluchter in het midden van het plafond. Het gevaarte hing aan de wijsvinger van een enorme, harige arm. Erin brandden acht dikke kaarsen. De arm leek sterk geïnspireerd te zijn op een eerdere tekening van Anton Pieck voor het sprookjesboek De Sprookjes van Grimm.

Wapenschilden

Eén van de wapenschilden (variant 'goud') met schilddrager

De Ronde Zaal bood onderdak aan maar liefst drie soorten duivels. In het midden van de zes muren die geen doorgang boden, bevonden zich reliëfs met wapenschilden, vastgehouden door klassieke bok-achtige duivelfiguren, met lange hoorns en een kroon met vijfpuntige ster.

19e eeuwse gravure van Baphomet

Hoewel de Efteling zelf de figuren aanduidt als 'saters', deden ze vooral denken aan 19e eeuwse afbeeldingen van Baphomet. Baphomet was een door de kruisridderorde der Tempeliers aanbeden en vaak met afgoderij geassocieerde god, met de wijsheid en kennis als thema. Later speelde deze deels antropomorfe bok een rol in allerlei occulte rituelen en mystieke emblematiek.

De schilden hadden de 'empire' vorm en waren gevierendeeld. Per schild waren de kwartieren over de diagonaal gelijk aan elkaar, met op de ene diagonaal schedels in natuurlijke kleur en op de andere harten in keel. De schedels waren op keel.

Er waren echter drie varianten die ieder twee keer voorkwamen. In één variant waren de harten op goud en bevonden de schedels zich op de rechter diagonaal. In de twee andere varianten waren de harten op sabel, en bevonden de schedels zich ofwel op de rechter ofwel op de linker diagonaal. Ieder schild bevatte een hartschild van goud of sabel, contrasterend met de kwartieren van de harten, met een gouden of sabel contrasterende spin erin.

Volgorde van de schilden. Boven: uiteindelijk. Onder: openingsjaar

De drie varianten waren te identificeren aan de hand van de kleur van het kwartier rechtsboven, te weten Goud, Sabel of Keel. In de loop van de geschiedenis van het Spookslot zijn de schilden wel eens van plaats verwisseld, wellicht na onderhoud in de zaal. De originele volgorde was KGSGSK en de uiteindelijke volgorde GKSKSG.

Kaarsenhouders

De posities en kleuren van de kaarsenduiveltjes

De tweede soort waren cartooneske, vleermuisachtige duiveltjes en waren te vinden op de acht pilasters tussen de muren. Ze hielden elk twee kaarsen vast. Deze duiveltjes hadden verschillende kleuren, die een naturalist zou kunnen classificeren als groenzwart, aurorarood, pik- of bruinzwart, strogeel, grijsblauw, zwartgroen, oliegroen en tegelrood.[1]

Vlederiken

→
Zie voor meer informatie: Vlederiken

Ten slotte zaten in het plafond het derde en laatste type duivel-figuur: de Vlederiken, drie wezens met vleermuisvleugels en monsterlijke koppen met slagtanden. Ze verschenen als apotheose van de sinistere cyclus.

Cyclus

Domaine du Rêve klonk hier

Het plafond van de zaal oogde massief, maar schijn bedriegt. Tijdens elke cyclus, die tegelijk startte met de hoofdshow van het slot, dimde het licht in de kandelaars aan de wanden, lichtten de kleine duivelsoogjes van de kaarsenhouders groen op, en klonken er onheilspellende geluiden - sitarklanken en kattengeblaas (het kattengeluid was hetzelfde als dat van de kat bij Hans en Grietje). Hierop volgde even mysterieuze muziek - een compositie van de Franse componist van experimentele muziek Marie Claude Robert uit 1970: "Domaine du Rêve" (droomdomein) van zijn album "Supranatural". Lage pianoklanken combineren met getingel op glas en onheilspellend gezang.

De cyclus met de Vlederiken

Nadat de muziek begon schommelde de grote kroonluchter vervaarlijk heen en weer. Dan werden onder luid gekerm de drie Vlederiken boven het plafond zichtbaar. Ze baadden in een blauw licht. De duivels zwiepten met hun vleugels. Als ze begonnen aan hun duikvlucht richting de bezoeker, klonk een donderslag, werd het plafond kort fel verlicht en werd het in een flits weer massief. De maniakale lach van de schedel bij de Oosterse Geest een eindje verderop in de wachtrij was dan ook hier te horen. Het licht in de wandkandelaars lichtte weer op, en de cyclus was voorbij.

Na de cyclus


Horrorgeluiden wanneer de zaal in rust was

Nadat de zaal weer 'tot rust' was gekomen, klonk het verhaal van het Spookslot, verteld door Tom van Beek. Daarna begon de hele Vlederiken-cyclus nog een keer. Als die ook weer was afgelopen, schakelde het 'wachtprogramma' in: uit verborgen speakers in de pilasters klonk dan een reeks van horrorgeluiden, zoals schuivende grafstenen, gekrijs en rochelend stervende lieden.

De geluidseffecten waren afkomstig van het album "The essential death & horror sound effects vol.1" uit de BBC sound effects-bibliotheek. Deze effecten werden in 1987 geplaatst. Vóór dat jaar waren er steeds katachtige geluiden te horen, ook vanuit de verschillende speakers. Het wisselen tussen de verschillende speakers werkte middels een 'stuurpiepje' op één van de twee stereokanalen. Dit systeem werd vroeger ook gebruikt om diashows te automatiseren: bij de piep wisselde de dia, in de Ronde Zaal wisselde de speaker.

Techniek

Ongebruikte rol reserve-plafonddoek in 2022

Het effect van de verschijnende en verdwijnende Vlederiken werkte middels de klassieke theatertruc van de gobelintulle: een gaasachtige stof lijkt massief wanneer deze van opzij wordt aangelicht, maar verdwijnt bijna voor het oog wanneer er licht van achter doorheen schijnt.

Ton van de Ven had dit effect in 1974 gespot in spookhuis ‘Haunted Mansion’ tijdens een studiereis naar Walt Disney World. De acht taartpunten aan doek werden pas op 22 maart 1978 geleverd en werd op de begane grond gedecoreerd alvorens opgehangen te worden aan het plafond. Ten tijde van de sloop in 2022 lagen er nog meerdere ongebruikte reservedoeken in de kelder.

Om bij de Vlederiken, techniek van de kroonluchter en verlichting in het plafond te kunnen komen zonder de tulle te hoeven verwijderen, werd vanaf de toren waar de Oosterse Geest in zat een (overdekte) brug naar de zolder geconstrueerd. Onderhoudspersoneel kon deze bereiken door de deur rechts van de geest te betreden en achter deze figuur een trap te beklimmen. Langs deze brug was tevens de aansturing van de Vlederiken geplaatst waarmee de installatie getest kon worden. Voor het ontbreken van een fysieke vloer achter de deur met toegang tot de Vlederiken werd ruimschoots gewaarschuwd.

Bewaarde onderdelen

Restanten van de Ronde Zaal in 2024

Na de sloop van het Spookslot in 2022 bleef de structuur van de Ronde Zaal grotendeels behouden. Het plafond werd verwijderd en de kantelen bovenop de muren werden aangepast om er nog ruïneuzer uit te zien. Deze ruïne van een ruïne werd vervolgens opgenomen in het nieuwe themagebied rondom opvolger Danse Macabre. De contouren van de voormalige zaal zijn goed te herkennen vanaf de loopbrug aan het eind van de wachtrij. De binnenzijdes van de muren werden volledig gestript; deze zijn vrijwel niet vanuit voor de bezoeker toegankelijke locaties te zien.

Kroonluchter in Dr. Charlatans Kwalycke Zaken

Ook verschillende decorstukken uit de zaal keerden terug in de nieuwe attractie. Zes van de acht kandelaarduiveltjes kregen een prominente plek in de hoofdshow. Vier saters hangen in de kapel achter de dansende balustrades, en de laatste twee zijn terug te vinden tegenover de trappen na het verlaten van de hoofdshow.

De harige arm met de kroonluchter kwam terecht in Dr. Charlatans Kwalycke Zaken, de souvenirwinkel bij de uitgang, en doet sindsdien dienst als schap voor diverse souvenirs. In de winkel is eveneens een (niet originele) kop van een Vlederik op één van de kasten te vinden.

  1. Patrick Syme: Werner’s Nomenclature of Colours (1814)